Op z’n Grieks

We zouden nog een nazomervakantie doen. De bestemming moest zonnig zijn (Zuid-Europa), goedkoop (kamperen en met de auto), aan zee (voor de zandkastelen), niet te druk (we wonen al in de stad) en niet in Spanje want daar waren we al geweest dit jaar. Wekenlang vulde ik mijn avonden met het checken van de weersvoorspellingen voor Corsica, Sardinië en de Ligurische kust. Ik ronselde her en der kampeerspullen en rekende uit hoeveel tanks het zou kosten naar de havens van Marseille en Livorno. Maar naarmate de nazomer naderde, sloeg de twijfel toe: op Corsica begonnen de bladeren al van de bomen te vallen, mijn zoon hield het ineens niet langer dan een uur uit in zijn autostoeltje en van slapen op matjes zouden we misschien toch niet zo uitrusten.

Dus zaten we vorige week in het vliegtuig richting Griekenland. Aldaar kwam het dik in orde met die zon, zandkastelen en rust. Met het eten trouwens ook. Dat we nu ook niet op een enkel gaspitje hoefden te koken, was een bijkomend voordeel dat we pas bedachten toen we eenmaal in een Grieks haventje zaten te eten. En hoewel geen Europese natie zoveel kustlijn kent als Griekenland, bestaan de meest bekende gerechten uit het land uit… juist: vlees. Moussaka, souvlaki en gyros is zo’n beetje alles wat de klok slaat.

Hoewel moussaka afkomstig is uit het Ottomaanse Rijk, hebben de Grieken het gerecht zichzelf toegeëigend. Hadden wij even geluk vorige week. Een recept voor moussaka, bij deze. Je staat er even voor in de keuken, maar ik heb er ooit het hart van mijn vriend mee veroverd (dat geef ik je maar even mee). Voor vier personen: Verwarm de oven voor op 200 graden. Snijd twee grote aubergines in plakken, smeer ze in met een beetje olijfolie en gril ze op hoog vuur tot er mooie streepjes op de aubergines staan. Snipper een grote ui en 2 tenen knoflook en bak dit in een koekenpan circa 3 minuutjes. Voeg 500 gram rundergehakt toe, 0,5 deciliter witte wijn, een halve kruidenbouillontablet, anderhalve theelepel kaneel en een klein blikje tomatenpuree. Breng eventueel op smaak met zout en peper en laat alles tien minuten sudderen. Schil zes middelgrote vastkokende aardappelen, snijd ze in plakjes van een halve centimeter en kook ze tien minuutjes voor. Spoel ze af met koud water. Klop een mengsel van twee eieren, 150 milliliter slagroom, wat gedroogde oregano en gesneden verse peterselie en zout en peper. Rasp 100 gram jong belegen kaas. Vet een hoge ovenschaal in met olijfolie. Bedek deze met de aubergine, daarover de aardappelschijfjes, het gehakt en giet er het eimengsel over. Bestrooi tenslotte met geraspte kaas. Zet alles zo’n 40 minuten in de oven en maak intussen een lekkere salade.

PS: foto volgt nog. In the meanwhile toch iets Grieks.