Klassiekers

Ik zit niet zo goed in m’n klassiekers. E.T. heb ik in tegenstelling tot mijn generatiegenoten nooit gezien, Bob Dylan staat niet in mijn playlist en De Ontdekking van de Hemel stond weliswaar wel op mijn boekenlijst maar dat zei in die tijd niet per se heel veel. (Je moet een puber gewoon ook niet vragen om 52 boeken te lezen.)

Het ergste komt nog: dat hele klassiekershiaat geldt ook voor mijn kookervaringen. Ik heb namelijk nog nooit een paté of brood gebakken, een hele kip aan het spit gelegd en ik ben nog nooit bij De Librije geweest. Wat allemaal een beetje treurig is voor een meisje dat graag serieus genomen wordt als een iemand met verstand van koken.

Vandaar mijn nieuwe rubriek: De Grote Janneke’s Kookblog Klassiekers. Eerste aflevering: garnalenkroketten.

Voor 15 tot 20 kroketjes. Tip van iemand met verstand van koken: maak er veel en vries ze in. Komt altijd van pas bij visite, kater of als zondagmiddaghap.

Weeg 125 gram roomboter en 100 gram bloem af. Snipper 2 sjalotjes heel fijn. Smelt de boter en bak daarin de sjalotjes een paar minuten. Voeg de bloem in één keer toe en roer een paar minuten goed door met een houten spatel. Blus af met 50 ml witte wijn en voeg dan 450 ml visbouillon (van blokje) toe en roer dan weer circa 10 minuten goed door op laag vuur. Voeg 250 gram (gepelde) Hollandse garnalen en een bosje fijngesneden bieslook toe. Breng op smaak met zout en peper. Giet de ragout in een ovenschaal en laat opstijven op een koele plek.
Klop twee eiwitten los (gooi de eidooiers weg). Strooi paneermeel op een plat bord. Snijd de ragout in 15 tot 20 partjes en rol met met bloem bestoven handen de kroketjes. Haal ze door de eiwit en dan door het paneermeel.
Bak een paar minuten in de frituurpan. Maar als je die niet hebt dan stuur je alle storende factoren (kinderen) de kamer uit, laat wat zonnebloemolie in een ordinaire koekenpan heet worden en bak je de kroketjes om en om bruin in een paar minuten.